X (belanghebbende) was in de jaren 2014 en 2015 in loondienst werkzaam als ambulanceverpleegkundige. Daarnaast heeft hij in die jaren werkzaamheden verricht als verpleegkundig specialist voor een stichting. X was in 2014 en 2015 verder nog verkoper en monteur van zonnepanelen. In geschil is of de voordelen die X geniet uit de werkzaamheden als verpleegkundig specialist, eventueel met een beroep op het vertrouwens- of gelijkheidsbeginsel, kunnen worden aangemerkt als winst uit onderneming. Tevens is in geschil of X aan het urencriterium voldoet en mitsdien in aanmerking komt voor toepassing van de (verhoogde) zelfstandigenaftrek.
Hof Arnhem-Leeuwarden (ECLI:NL:GHARL:2023:5451) oordeelt dat voor elk van de genoemde activiteiten afzonderlijk moet worden beoordeeld of deze op zichzelf beschouwd een onderneming vormen. X heeft als verpleegkundig specialist voor één opdrachtgever gewerkt en is niet actief op zoek gegaan naar meerdere opdrachtgevers.Hij heeft voorts geen ondernemersrisico gelopen. X is voor zijn werkzaamheden als verpleegkundig specialist geen ondernemer in de zin van de Wet IB 2001. Van gewekt vertrouwen is geen sprake en het gelijkheidsbeginsel is niet geschonden. Ter zake van zijn werkzaamheden voor de zonnepanelen voldoet X voorts niet aan het urencriterium. Het hoger beroep is ongegrond. De uitspraak van Rechtbank Gelderland (20/3518;20/3519, ECLI:NL:RBGEL:2022:1861) wordt bevestigd.